
Zeer vergaande verruimingen voor horeca en detailhandel werd vandaag behandeld in de raadscommissie Bestuur. De belangen van eigenaren en bewoners worden daarbij stelselmatig veronachtzaamd.
ONZE INSPRAAKTEKST:
Stichting SOS Den Haag wijst college en raad op de belangentegenstellingen die kunnen ontstaan in een bewoonde binnenstad. Belangentegenstellingen die in de Nota Binnenstad worden onderkend en benoemd. Daar waar ondernemers de stedelijke openbare ruimte claimen en huren, juist daar moet het stadsbestuur een zorgvuldige belangenafweging maken. Een belangenafweging waarbij de gemeentelijke overheid niet alleen pooier en godfather is van horeca en winkeliers. Maar hoeder van een bewoonde stad, van stadsgezicht en monumenten. En waar bewoners investeren in dat stadsgezicht door ‘s-avonds voor verlichte vensters en ‘ogen’ te zorgen.
Kortom het soort binnenstad dat elk van ons in het buitenland bij voorkeur bezoekt. Zo zit het namelijk ook met onze gasten.
In het handhavingsbeleid beperkt de burgemeester zich tot de openbare orde, zijn portefeuille. Beter was het wanneer direct doorgepakt zou zijn naar een doelmatig apparaat dat reageert op alle belangenconflicten ten gevolge van horeca. Dat kunnen conflicten zijn zoals:
- de toe-eigening en inrichting van de openbare ruimte
- conflicten met illegale airconditioning op binnenterreinen
- illegale verbouwingen van monumenten
- illegaal dumpen en opslaan van afval
- geluidsoverlast of intimidatie van bovenbewoners. (Zie de conflicten die de gemeente heeft laten ontstaan aan het Anna Pauwlonaplein.)
Maastricht heeft hier 10 jaar terug een voorbeeldige rol gespeeld. In Den Haag is er nog helemaal niets, ondanks eerder aandringen van de Stichting Binnenstad.
Horeca wordt door het college aangeprezen als banenmotor: niet gemotiveerd wordt waar die banen terecht komen, of dat het welkome kleine banen zijn voor onze stad, of dat het onderbetaalde baantjes zijn voor uitgeknepen studenten.
Wat ons daarbij tegenstaat is dat het college opschept alsof het dankzij haar beleid is dat Grote Markt, Bierkade en het Plein nu meer reuring vertonen dan 20 jaar geleden. Graag hadden we meer respect voor de inzichten van de ondernemers die aan de wieg van deze reuring stonden en hun ervaring mét het college zouden inzetten OM DE REST VAN DE STAD AANTREKKELIJK TE MAKEN.
Het per decreet ophogen van percentages voor lichte en middelzware horeca over de band van déze commissie kleineert het tot een openbare-orde kwestie. Als u dit goedkeurt zal het college morgen ontheffingen gaan verstrekken op bestemmingsregels in de stad die toename van de horeca reguleren. Daarmee worden de halfzachte planningsregels van de moderne bestemmingsplannen een loos invullen van wat de wethouder heeft beoogd met een bestemmingsplan.
Wij Haagse burgers hebben het college en u als raad vrijgesteld om te bemiddelen tussen onze conflictjes en belangen zodat we hier allemaal fijn kunnen wonen.
Dat geeft u geen vrijbrief om de waarde van de bovenwoningen af te breken ten gunste van de waarde van de bedrijfsruimtes op de begane grond. U heeft andere belangen en stakeholders niet eens gehóórd.
U onderschat de Haagse Kracht stelselmatig: dit voorstel moet terug. In samenspraak met bewoners!
